Van boven is alles mooier, veel bijzonderder. De lavastranden, de kronkelende weggetjes tussen gele bloemen, de wolken die een dutje leken te doen tussen de bergen. Mijn goede vriendin Ursula en ik zweefden hoog boven La Palma met een parachute. “Was de wereld ooit zo mooi?”, vroeg ik mij af. En toen wees Ursula naar rechts, ik zag een rood dak aan zee glinsteren in de zon. Omringd door palmbomen die de lucht in knalden en iets wat leek op een botanische tuin. Of was ik in de tropen beland? Ik kneep in mijn arm. Maar ondanks dat ik mij zo vrij als een vogel voelde, wilde ik naar beneden, naar de Appartementen van Miranda.De vlucht in de lucht, die Ursula voor mij had bedacht, bleek eentje met voorbedachte rade. Vlak na de landing stapten we in de auto. “We gaan naar Jens, de eigenaar van Appartementen Miranda”, had ze lachend gezegd. Via het pad in de tuin, waar de palmen en cactussen nog groter en mooier waren dan vanuit de lucht, liepen we naar eigenaar Jens die net de barbecue naast het zwembad aanstak. “Dat zie je niet van boven hè?”, lachte hij toen hij mij naar de mozaïeken bankjes zag staren. De kolen waren aan het smeulen dus we hadden nog even tijd voor een wandeling. Langs het grote zwembad met de ligbedden, door de enorme tuin, naar de acht studio's met de moderne en kleurrijke inrichting. Ik zuchtte diep. “Voor jou!”, lachte hij en gaf mij de sleutel. “Zie ik je zo terug voor het eten van de barbecue?” zegt Jens tegen mij terwijl ik mijn appartementje aan het verkennen ben.Ik zit hier nog even op mijn balkon over de oceaan te staren. Het is alsof ik op het dek van een grote boot sta. In gedachten zie ik de beelden van vandaag; ter land, ter zee en in de lucht. Het maakt niet uit, glimlach ik. De wereld van Miranda is altijd mooier, bijzonderder dacht ik terwijl ik terug liep richting de barbecue.