'Soms moet je juist van de gebaande paden af!' zei ik tegen Andres. We reden over een weggetje waar zelfs hij als eeuwige eilandbewoner nog nooit was geweest. Ik zag het landschap langzaam iets groener worden, het hoogteverschil zorgde voor mooie uitzichten en bijna overal spiekte de zee tussendoor. Toen we aankwamen in het kleine dorpje Las Vegas, moest ik lachen. 'Wat een verschil met die grote Amerikaanse variant!' Eigenaresse Maria stond ons in de straat op te wachten. En direct begon ze te vertellen over de verhalen van het dorp dat slechts een paar huizen telt. 'De mensen kennen elkaar dan ook allemaal. En het leuke is', zei Andres 'jij bent deze week een dorpsbewoner hier!' Ik glimlachte en kon niet wachten. Ik mocht kiezen van Maria: Casa Sofia of Casa Los Perez? Ik twijfelde. Allebei knusse en traditionele dorpshuisjes met een zwembadje, veel privacy en een omheinde tuin. Ik koos voor het witte Casa los Perez die in de schaduw van de palmboom op mijn komst wachtte. De hoge houten plafonds gaven de doorslag, ingericht in de stijl van het eiland. Meteen was ik dol op het speelse nisje van steen bij het raam en de chiringuito: de kleine buitenkeuken met barbecue en picknicktafel. 'Kan ik mooi mijn buren even uitnodigen voor mijn eerste avond hier in het dorp', lachte ik. En nu sta ik te koken, want uiteraard heb ik de buren uitgenodigd. Nieuwe mensen, nieuwe verhalen. Af en toe eens een andere route kiezen, ja, daar word je blij van. Vooral als je dan ook nog in een van de dorpshuisjes mag slapen.